zaterdag 30 augustus 2008

De Getemde Feeks

Al weken van tevoren geboekt en daardoor verkeerd getimed. Terwijl vrijdagavond op de IJ-oevers de Uit-Markt losbarst zit ik in de Stadsschouwburg om nu eindelijk eens De Getemde Feeks (of zoals op alle posters te lezen valt "Het Temmen van de Feeks") te aanschouwen. Echt verkeerd was het nu ook weer niet; in plaats van een massaal concert hadden wij luxe plaatsen en lieten het stuk over ons heen denderen.

De Getemde Feeks is voor ieder toneelgezelschap een gevaarlijk (lees omstreden) stuk want de vrouw onvriendelijkheden vliegen je om de oren in deze Moeder aller Rom-Kom's. Wat ik ervan vond? Zo moet het! Of in ieder geval: zo zie ik mijn Shakespeare's graag; vlot, modern, lekkere/heftige muziek, een spectaculair modern decor en toch het (oorspronkelijke) stuk in stand houden. Dikke complimenten voor de gemaakte keuzes. Halina Reijn is (voor mij) de beste actrice om de Feeks te vertolken en Hans Kesting als Petruchio (die het als enige aandurft de Feeks Katherina te trouwen) een prima tegenspeler.

In het kort: Het stuk gaat over twee zussen; de ene is lieftallig en talentvol, de ander scherp van tong, fel en weerbarstig. Hun vader besluit dat de jongste (Bianca) niet mag trouwen voordat de oudste (Katherina) een man heeft. Hierop besluiten twee aanbidders van Bianca, Katherina aan de man te helpen. Zoals bij de meeste Shakespeare stukken is het verhaal betrekkelijk eenvoudig maar vergt het toch enige inspanning (en voorbereiding) om het stuk goed te kunnen volgen en optimaal van het mooie taalgebruik te kunnen genieten. Ook hier staat het bol van de persoonsverwisselingenen, vermommingen, en vele bijrollen.

In de ruim twee uur die het stuk duurt komt er een enorme (haast orgastische) energie vrij met veel gestamp, geschreeuw en het nodige gooi- en smijtwerk. Na afloop is het podium een chaos. Na de indrukwekkende (en voor feministen ongetwijfeld teleurstellende) slot-monoloog van Halina waren de koude biertjes na afloop in Café Cox hard nodig om alles nog eens op ons in te laten werken. Wat een avond en wat een start van het weekend. En dan moet de Uit-Markt voor ons nog beginnen.

maandag 25 augustus 2008

El Cielo, La Tierra Y La Lluvia *


Jonge Latijns-Amerikaanse filmmakers verdienen een kans en afgaande op wat de filmfestivals brengen krijgen ze die kans ook. Daarom begonnen wij geheel onbevangen aan El Cielo, La Tierra Y La Lluvia (De lucht, de Aarde en de Regen), kom maar op met die nieuwe generatie filmmakers.

Om kort te gaan, El Cielo werd één groot gevecht tegen de slaap. Het verhaal gaat over drie vrouwen die ergens op een eiland in het zuiden van Chili wonen. Volgens de maker (Torres Leiva) ontroeren de personages in hun eenzame, precieze eenvoud en is het een film over het opgaan van de mens in zijn omgeving. Wat het meest opviel waren de lange, trage shots en een verhaal dat zich voornamelijk badend in stilte afspeelde. Leiva vraagt van de kijker een actieve houding om zodoende binnen het verhaal dat hij geschreven heeft andere mogelijke verhalen te verzinnen. Daarmee vraagt leiva van mij teveel; het geheel is mij te vrijblijvend. Er zaten mooie shots tussen maar om na drie minuten landschap en een boom, te eindigen met een hoop bladeren komt bij mij eerder doelloos en traag over dan creatief en prikkelend. Het landschap zag er over het algemeen troosteloos en grauw uit, de personages zwijgzaam en vreemd. En het verhaal; daarvan heb ik helemaal niets begrepen, echt niet. Ik zou dan ook niet kunnen vertellen waar de film over gaat.

Kortom, afgezien van een paar mooie natuurshots heb ik er niet meer over te vertellen dan dat het de maker goed gelukt is de dodelijke saaiheid van de omgeving waar de vrouwen wonen en werken, op de kijker over te brengen. Na een aflevering van Animal Planet had ik waarschijnlijk meer te vertellen gehad.

zaterdag 23 augustus 2008

This is England ****


Spijbelen op je werk blijkt nog net zo leuk als spijbelen vroeger op school. De vergadering van afgelopen vrijdag was een uur eerder afgelopen dan gepland en in plaats van terug naar kantoor, fietste ik via het Amsterdamse Bos rechtstreeks naar het Filmmuseum in het Vondelpark. Daar begon om 17:15 de film This is England en ik was precies op tijd om na aankoop van mijn kaartje direct in de zaal plaats te kunnen nemen.

This is England neemt je mee terug naar Engeland, begin jaren tachtig. Het Engeland van Margaret Thatcher, de Falkland Oorlog en de gigantische werkloosheid. In het troosteloze Nottingham groeit de 12 jarige Shaun op. Hij woont bij zijn labiele moeder, zijn vader is gesneuveld in de Falklands en op school wordt hij gepest. Als hij bij toeval een groepje skinheads ontmoet die het wél voor hem opnemen en bij wie hij "iemand" kan zijn is het niet echt een keuze voor de kleine Shaun zich bij hen aan te sluiten.

Als beïnvloedbare jongere die overal buitenvalt en ineens door een groep wordt opgenomen denkt hij niet na over de achtergronden en stelt geen vragen. Thomas Turgoose (die de twaalf-jarige Shaun speelt) doet dit op meesterlijke wijze. Met bravour en veel overtuiging zet hij een mini-skinhead neer; gehuld in Ben Sherman overhemd, bretels en Dr. Martens schoenen wordt hij razendsnel volwassen. Het skinhead-clubje is in aanvang eerder een vrienden-clubje dat zich weinig met politiek en racisme bezighoudt. Pas als Combo (Stephan Graham; oa Snatch) terugkeert uit de gevangenis en zich in het groepje mengt komen de veranderingen. Combo drijft met zijn politieke/racistische ideeën de vriendengroep uit elkaar en eist van de skinheads een keuze te maken.

This is England schetst in een rauw gefilmde stijl het klimaat waarin de Engelse skinheads konden uitgroeien tot een gevaarlijke organisatie maar laat tegelijkertijd de ondelinge verdeeldheid en twijfel bij veel van de meelopende de skinheads zien. De soundtrack met meest vette reggae songs is perfect gekozen. De film is buitengewoon goed gecast met als uitblinkers Stephan Graham als overdadig getatoeëerde skinhead-leider en 12 jarige Thomas Turgoose. Is er dan helemaal niet negatiefs over deze film te melden? Jawel, het verhaal vond ik wat minder; te traag en een iets te voorspelbaar einde.

De cast, het uitstekende acteerwerk, de mooie soundtrack en de sfeer verdienen meer dan het weekje Filmmuseum dat deze film nu onder de noemer "Previously Unreleased" gegund is.

dinsdag 19 augustus 2008

Mongol **


Greatness Comes To Those Who Take It

Een groots historisch epos over de jonge jaren van de latere Mongoolse veroveraar Dzjengis Khan; zo kan Mongol het best omschreven worden.

Een apart ras die Mongolen uit de twaalfde eeuw, die nou niet bepaald vegetariërs waren. In het eerste deel (van wat een trilogie moet worden) maken we kennis met de kleine Dzjengis Khan, toen nog Temudjin geheten. De negen-jarige Temudjin gaat (in het jaar 1172) met zijn vader op zoek naar een geschikte bruid. Een bruid heeft de vroegwijze Temudjin snel gevonden maar de terugweg verloopt minder soepel. De vader van Temudjin wordt door Russische handelaren vermoord en bij thuiskomst wordt de hele veestapel van zijn familie ontnomen. Zoals zo vaak in epische verhalen blijkt een moeilijke jeugd met veel tegenslag haast een voorwaarde voor toekomstig leiderschap. De kleine Temudjin groeit dan ook uit tot een groot leider; hij verenigt alle Mongoolse stammen, die tot dan toe hopeloos verdeeld waren. Terwijl ik al blij ben dat ik op mijn werk mijn eigen tijd een beetje kan indelen, is voor Temudjin het leiderschap over alle Mongolen nog niet genoeg. Hij groeit uit tot een van de grootste veroveraars uit de geschiedenis om uiteindelijk te heersen over de helft van de toenmalige bekende wereld. Om dit te bereiken sleept het verhaal zich van bloederige veldslagen naar spectaculaire ontsnappingen en tussendoor heeft onze held ook nog tijd voor romantiek.

De massascènes en ruige natuur is indrukwekkend in beeld gebracht en de details in kleding en uitrusting overvloedig maar het verhaal maakt af en toe wat vreemde sprongen. Ook al is Mongol genomineerd voor een Oscar voor beste buitenlandse film, de actie en het vele bloed is voor mij iets te nadrukkelijk aanwezig om uit te kijken naar de volgende delen van dit Mongoolse epos.

zondag 17 augustus 2008

Bounty


Met enige regelmaat is op de zenders TCM of MGM de film Mutiny on the Bounty te zien. Telkens als ik bij toeval in deze film uit 1962 (met een jonge Marlon Brando in de hoofdrol) terechtkom kijk ik hem ook helemaal af. De in Technicolor geschoten film die twee Oscars won was voor de tijd waarin hij uitkwam een hoogstandje. Meest op Tahiti gefilmd met veel massascènes en nautische details die kloppen maken de film een feest om naar te kijken.

Het verhaal is bekend. De Bounty zeilt in 1787 onder bevel van de brute Captain Bligh vanuit Engeland naar Tahiti om daar broodbomen te verzamelen die naar de Caribbean moeten worden getransporteerd (en daar voedsel voor de slaven moet opleveren). Na een verblijf van meer dan 5 maanden op het paradijselijke Tahiti, kunnen de mannen niet meer wennen aan het harde leven aan boord van het schip en de strenge discipline van Captain Bligh. Zes dagen na het vertrek volgt dan ook de muiterij onder aanvoering van de Adelborst Fletcher Christian. Captain Bligh wordt met 18 anderen midden op de oceaan in een sloep gezet en aan zijn lot overgelaten. De muiters zeilen De Bounty terug naar Tahiti en Captain Bligh weet in zijn sloep Timor te bereiken; een onwaarschijnlijk staaltje zeemanschap en navigatiekunst.

De film eindigt daar waar het verhaal eigenlijk pas echt interessant wordt. Wat gebeurde er daarna met de muiters en de Bounty? Gewapend met mijn bibliotheek-kaart ging ik naar de nieuwe bibliotheek op zoek naar een boek dat inzicht zou verschaffen. Met behulp van een uiterst vriendelijke dame kwam ik op het boek Life and Death in Paradise van Trevor Lummis. Het verhaal na de muiterij blijkt een stuk interessanter, bloediger en fascinerender dan die hele muiterij op zich.

Na terugkeer op Tahiti wilde een groep muiters op het eiland blijven. Fletcher Christian daarentegen wist dat ze daar niet veilig zouden zijn en dat de kans groot was dat op een dag de Engelse marine zou arriveren, op zoek naar de muiters. Onder aanvoering van Fletcher Christian verlaat uiteindelijk een groepje van 9 muiters, 13 Tahitiaanse vrouwen, 6 Polinesische mannen en één baby, Tahiti op zoek naar een onbewoond eiland om daar zonder gevaar ontdekt te worden een nieuw leven op te bouwen. Na veel omzwervingen vinden ze bij toeval het eiland Pitcairn. Omdat Pitcairn verkeerd was ingetekend op de zeekaarten, buiten de scheepvaartroutes ligt, zoet water heeft, zeer vruchtbaar is en onbewoond voldoet het aan alle eisen van de muiters. De muiters gaan met hun meegenomen Tahitiaanse vrouwen aan land en verbranden hun enige hoop ooit terug te kunnen keren naar Engeland; De Bounty.

Twintig jaar lang zou de kleine gemeenschap onontdekt blijven totdat in september 1808 het schip de Topaz langs het eiland zeilt. Op zoek naar vers drinkwater ziet het een kano met twee jongens daarin op zich afkomen. De donkere, inheems geklede jongens blijken perfect Engels te spreken ook al beweren ze op het eiland geboren te zijn. Hiermee was het raadsel van de verdwijning van de Bounty opgelost. Van de 15 mannen die met de Bounty naar het eiland waren gekomen bleek er nog één in leven; John Adams. De gemeenschap bleek een sinister verleden te hebben; van de vijftien mannen bleek er maar één een natuurlijke dood te zijn gestorven, 12 waren er op beestachtige wijze vermoord en één had zelfmoord gepleegd. Negen vrouwen leefden nog en overal speelden kinderen op het eiland. Naar eigen zeggen had John Adams een soort ideale leefgemeenschap gesticht. De eilandbewoners leefden in harmonie volgens streng christelijke regels, waren weldoorvoed en zagen er knap uit. Trevor Lummis graaft in zijn boek echter dieper dan de simpele lezing die Adams in eerste instantie gaf. Er blijken tegenstrijdigheden te zitten in de verschillende versies van de verhalen van de eilandbewoners. Kan ook bijna niet anders als er op een paar vierkante kilometer 12 mensen worden vermoord. Ook al is het boek niet heel pakkend geschreven, het is uitermate boeiend te lezen hoe de ontwikkelingen in zo'n microcosmos zijn verlopen en kennis te maken met de muiters en hun Tahitiaanse vrouwen.

Nooit eerder zijn alle verschillende verhalen over de geschiedenis van Pitcairn zo tegen het licht gehouden als Lummis dat in zijn boek doet. Het resultaat is een pakkend verhaal over opnieuw beginnen, vrouwen-ruil, alcoholmisbruik, verkrachting, moord en uiteindelijk harmonie in een even verlaten als paradijselijke uithoek van de wereld.

vrijdag 15 augustus 2008

Bloedband


Het leven houdt zich niet aan afspraken

Opeens is de zomer voorbij. 'S Morgens zit er weer koelte in de lucht en de regenbuien geven zo nu en dan een voortijdig herfstgevoel. Om dat gevoel compleet te maken besloten we donderdag naar de Stadsschouwburg te gaan voor de voorstelling Bloedband van Orkater. Bloedband is muziektheater waarbij de muziekanten onderdeel van het stuk zijn. Zoals de titel al doet vermoeden gaat het stuk over de (soms verstikkende) kracht van familiebanden en dan vooral die tussen ouder en kind. Op een mooi en origineel decor ontvouwen zich drie verhaallijnen die gaandeweg raakvlakken blijken te hebben. Zes gewone mensen komen onverwacht voor grote veranderingen te staan. De één krijgt te maken met een 28 jarige dochter (Nadje Hüpscher; altijd lekker) waarvan hij het bestaan niet wist, de ander krijgt op zijn 47ste te horen dat zijn vrouw zwanger is en bij een vrijgezelle zakenman staat ineens zijn dementerende moeder op de stoep om bij hem in te trekken. Geconfronteerd met zulke onverwachte veranderingen en verantwoordelijkheden maken met name de mannen rare sprongen en volgen bizarre situaties. ook al zit er veel humor en grappige dialoog in het stuk, toch is het geen komedie. Daarvoor is het thema te zwaar, of zoals één van de acteurs het zei: "Voor allen ligt het geluk voor het oprapen, maar het leven houdt zich niet aan afspraken".

De vormgeving en de muziek van Beppe Costa sprongen het meest in het oog/oor. Al met al geen slechte start van het nieuwe theaterseizoen waarin ik ook dit komende seizoen weer ongetwijfeld te veel mooie stukken ga missen, maar ik ga wel mijn best doen.

donderdag 7 augustus 2008

Pluk de Nacht

Voor de vijfde keer vindt deze zomer het Openlucht Filmfestival "Pluk de Nacht" plaats. Gewoon bij mij om de hoek is het braakliggende terrein Het Stenen Hoofd omgetoverd tot een mega buitenbioscoop met een reusachtig scherm. Van 7 t/m 16 augustus worden dagelijks Internationale Arthouse Films vertoond die niet in de bioscoop te zien zijn (geweest).

Vanavond was de aftrap met de Nieuw Zeelandse film My Father's Den. De kleinschaligheid en het rommelige karakter geven het gevoel van de begintijd van De Parade. Originele kunstprojecten en vuurkorven geven het terrein een sprookjesachtige aanblik. Een aantal oude caravans met crepes of salades, de Vedett Porno Caravan en een heerlijke bar met koud bier en cocktails maken het al leuk nog voordat de film begonnen is. De sfeer is vriendelijk, de stoelen en dekens ruim voorradig. Wat wil je nog meer; film onder de sterrenhemel op een superlocatie aan/in het IJ met de Silodam op de achtergrond en na afloop muziek en dansen. Aanvangstijd: zodra het donker begint te worden. De toegang; die is gewoon gratis. Klik hier voor het complete programma en alle overige informatie.